Verder geen knaag- of vraatsporen. Een bescheiden muis? Later, toen het koud werd, wilde ik mijn warme winterlaarzen aantrekken – maar ontdekte dat één van de laarzen in gebruik was als voorraadkamer. Volgestopt met keiharde oude kikkererwten die ik gebruikt had om taartbodems blind te bakken. Helemaal uit de keuken naar de gang vervoerd. Zouden de muizen daarvan geleefd hebben? Of morsen wij zoveel kruimels op de grond dat een muis of muizenfamilie daarvan kan leven?
Wat doe je in zo’n geval, als je aspiratie is om het lijden van alle levende wezens te verminderen en niet te doden? Ik zou met liefde met de muizen hebben willen samenleven onder één dak, maar er zijn twee problemen. Ik vind het niet okay als ze door hun geknaag dingen vernielen. Een vorige muizenplaag heeft ervoor gezorgd dat de rubberen tochtstrip onder de voordeur is weggeknaagd. Een tochtstrip die we niet hebben kunnen vervangen. Ons huis is als gevolg daarvan nu minder goed geïsoleerd. Ook wil ik geen muizenurine in mijn huis. Keuteltjes zijn nog tot daar aan toe, maar de muizen komen overal, zoals we aan de keutels op vreemde plaatsen gezien hebben, en ze vervuilen de boel met hun urine. Je rook het als je binnen kwam. De muizen moesten dus weg.
We leenden zogenaamde life traps, muizenvallen waarin je de muizen levend kunt vangen. In de life traps deden we stukjes brood, besmeerd met pindakaas. Daarbij een stukje appel. Dagen, weken gingen voorbij, en toen we alle hoop al hadden opgegeven was het eindelijk raak. We hadden ‘m! De muis kreeg een enkele reis bosrand. Dat is niet de beste plek voor een huismuis, die geheel is aangepast aan het leven in een huis. Wat moet een huismuis in een bos? Ofwel heel hard wegrennen en een nieuw huis zoeken, ofwel eindigen in de maag van een vos, uil, of ander roofdier. Een huismuis wordt niet zomaar een bosmuis, dat is een andere soort. Niet zo muis-vriendelijk dus, maar je moet toch wat.
Na de eerste ging het hard: we vingen in de daaropvolgende weken nog vier andere. Ook die kregen een enkele reis bosrand. We hebben nu weliswaar geen muizen gedood, maar zijn de huismuizen in een bos niet ten dode opgeschreven? Vlakbij het bos liggen twee boerderijen. Misschien hebben ze daar in een schuur een fijne nieuwe woonplaats gevonden.
Mogen alle wezens gelukkig zijn en vrede vinden. Wat er ook aan levende wezens bestaat, sterk of zwak, groot of klein, zichtbaar of onzichtbaar, ver of dichtbij, mogen zij alle gelukkig zijn.
Een eerdere versie van deze tekst is eerder verschenen in het Boeddhistisch Dagblad.