Skip to main content

Mindfulness
in de traditie van Thich Nhat Hanh

09 april 2021

Zij zijn mij en ik ben hen. Jan Veenendaal over zijn engagement

"In 2011 ben ik me verder in het Boeddhisme gaan verdiepen. Belangrijk vond ik dat ook de onaanraakbaren welkom waren bij de Boeddha. Ik ben naar Plumvillage gegaan en leerde daar de zachte manier, de middenweg van de Boeddha. Thich Nhat Hanh, ook wel Thay genoemd, inspireerde me, ik ben dicht bij hem geweest en verbleef meteen een maand in Plumvillage. Ik las de 5 aandachtsoefeningen, positief geformuleerde geloften die als oefening blijven worden gezien en ik was verkocht. Ik besefte dat ik zo wilde leven en dat ben ik gaan doen. "

Het engagement van Jan Veenendaal, interview door Diana Vernooij, website ZenPeacemakers, 6 april 2021

“Ik ben een leerling van Thich Nhat Hanh. Toen ik 15 jaar was liep ik met een groot wit kruis op mijn schouder bij het Amerikaanse consulaat in Amsterdam te protesteren tegen de Vietnamoorlog. Op mijn 22e zamelde ik geld in voor een stichting voor Vietnamese weeskinderen. In Amsterdam heb ik ook een lezing van Thich Nhat Hanh bijgewoond en daarna vergat ik hem. 
Vanaf 2005 volgde ik zo’n 6 jaar lang Prajnaparamita, een Nederlandse vrouwelijke goeroe. Ik heb mooie en inspirerende jaren gehad bij haar, kwam diep in de inner circle en ging met haar naar India voor retraites. Vragen stellen over het kastensysteem was niet de bedoeling, hier praatte je niet over, dat ‘hoorde’ bij India. Vanuit het non-dualisme kon ik dat niet rijmen.
Mijn goeroe wilde een ashram beginnen, in Frankrijk, ik deed de financiën voor haar stichting. Als het om geld gaat word je veel duidelijk. Toen ik een landgoed voor haar gekocht had, draaide ze om als een blad aan een boom. Ik heb de sangha verlaten. De vraag die daarbij speelde was: “Heb jij de goeroe nodig, of heeft de goeroe jou nodig?”. Mijn kennissen en vrienden in de sangha was ik allemaal kwijt. Het was een bittere ervaring. Ik voelde me als een tijger uit het bos die naar het dorp gaat en daar wordt gedood. Het kostte me veel moeite en studie om eroverheen te komen. Het was een pittige tijd.”

Thay

“Toen las ik een boek van Thich Nhat Hanh, eenvoudig en helder geschreven, makkelijk te begrijpen. Dit is te makkelijk, dacht ik. Maar nee, het is een hele zachte manier om de non-dualiteit te leren kennen. Het grote verschil was dat ik me aan de wijsheid van de goeroe had overgegeven, die ene persoon die het weet en wij, de anderen, die het blijven niet weten. Nu besefte ik dat het niet om één persoon gaat. 
In 2011 ben ik me verder in het Boeddhisme gaan verdiepen. Belangrijk vond ik dat ook de onaanraakbaren welkom waren bij de Boeddha. Ik ben naar Plumvillage gegaan en leerde daar de zachte manier, de middenweg van de Boeddha. Thich Nhat Hanh, ook wel Thay genoemd, inspireerde me, ik ben dichtbij hem geweest en verbleef meteen een maand in Plumvillage. Ik las de 5 aandachtsoefeningen, positief geformuleerde geloften die als oefening blijven worden gezien en ik was verkocht. Ik besefte dat ik zo wilde leven en dat ben ik gaan doen. In Plumvillage nam ik tijdens een officiële ceremonie deze 5 aandachtsoefeningen aan. In 2016 werd ik lid van de Orde van Interzijn en help het gedachtegoed uitdragen. Ik heb 4 sangha’s opgericht: in Baarn, Diemen, Den Bosch en de online sangha van Stichting Leven in Aandacht. Ik heb ook jarenlang weekretraites aan boord van een oude zeiltjalk op het IJsselmeer gegeven.”

1000 Handen

“Ik las het boek Vrij zijn, waar je ook bent van Thich Nhat Hanh, een samenvatting van zijn lezing in een gevangenis in Amerika. Dat verhaal triggerde me. Hij schreef dat je juist van een gevangenis een spirituele plek kan maken en er kan mediteren. Ik kwam in contact met Duizend Handen, een vrijwilligersorganisatie die zich inzet vanuit boeddhistisch perspectief voor (ex)gedetineerden. Ik had altijd vette oordelen over mensen in de gevangenis. En nu besloot ik een stap uit mijn comfortzone te zetten. 

“Het binnengaan van de penitentiaire inrichting is routine geworden; als er niemand voor me is ben ik in vijf minuten binnen. Bij de plek waar ik moet zijn meld ik me aan bij de portier, de naam van degenen die ik bezoek en mijn naam worden gecheckt en dan mag ik naar binnen. Nog eens drie deuren door en ik zit in de bezoekruimte en wacht op de eerste gedetineerde. Een moment om even te mediteren, in stilte te zitten zonder enige afleiding, zonder enig geluid. Ik ben ‘slechts op bezoek’.” - Boeddhistisch Dagblad, 5 maart 2021

"Sinds 2 jaar bezoek ik wekelijks verschillende mannen. Gedetineerden kunnen kiezen uit meerdere geestelijk verzorgers waarmee ze kunnen praten en mediteren. Is er behoefte aan meer, dan kan er een beroep worden gedaan op een vrijwilliger. Als het klikt ga je op bezoek, anders houdt het op. Op dit moment is het bezoek alleen online en groepsbijeenkomsten zijn er nu niet. Het ene bezoek gaat over koetjes en kalfjes en het andere gaat over het boeddhisme. Ik ben er voor hen. Als ik lang moet wachten voor de gedetineerde er is voor een gesprek, is de gevangenis een goede plek voor meditatie. Dat wist ik niet toen ik eraan begon. Soms worden mannen ineens overgeplaatst, of komen ze vrij. Eigenlijk is het niet de bedoeling dat je doorgaat met het contact wanneer iemand vrijkomt. Ik weet niet waarom die keuze is gemaakt. Ik heb een goede band met een man van 72, die voor een misdrijf lang binnen zat. Hij had gewoon een vriend kunnen zijn en nu wandelen we regelmatig. 
Bij 1000 Handen hebben we bijeenkomsten, nu via zoom, met een thema en uitwisseling van vrijwilligers. Een Boeddhistisch Geestelijk Verzorger houdt een inleiding. Er zijn ook bijeenkomsten voor nieuwe mensen en ik ben er gevraagd wat te vertellen over mijn ervaringen. Daarnaast schrijf ik eens in de 14 dagen een column in het Boeddhistisch Dagblad. Die columns leg ik voor aan iemand van justitie. Ze moeten aan bepaalde eisen voldoen en moeten niet te gedetailleerd zijn. Voor de BUN heb ik een tekst geschreven en uitgesproken voor Prinsjesdag die op tv is uitgezonden. Zij zijn mij en ik ben hen: daar kun je geen speld tussen krijgen. Wij zijn even menselijk en onmenselijk. Door oorzaken en omstandigheden zitten zij daar en ik hier."
Door me te verdiepen in mijn eigen roots en die van anderen, door mijn oordelen en vooroordelen te bezien besefte ik: ik had hier ook kunnen zitten. Als ik viel, kon ik op een goede plek rekenen. Zij vielen in een gat. Er zijn veel mensen in de gevangenis die daar eigenlijk niet thuishoren – maar ik had wel een oordeel over hen. Het heeft te maken met je jeugd, met onveilige hechting, met wie je bent omgegaan. In mijn jeugd liep ik door de Jordaan, vlak langs het café waar Willem Holleeder toen altijd zat. Had iemand uit dat café mij gevraagd een pakje weg te brengen zonder dat ik wist wat erin zat, had ik het misschien ook gedaan. Nu zeg ik: hoe heb ik zo in het leven kunnen staan. Ook de politiek pleit steeds voor strenger straffen, langer straffen, dat versterkt het oordelen en dat is triest.

Ik schrijf ook met 2 gedetineerden in Death Row in de Verenigde Staten. Het is bizar. Ik schrijf met iemand die tot de doodstraf veroordeeld is na een moord op 2 mensen. Hij zit al 14 jaar op Death Row. Maar in Florida is de wet herzien: een doodstraf mag nu alleen unaniem door een jury uitgesproken worden. Omdat zijn veroordeling niet unaniem was, moet zijn proces over. Het absurde is dat een levenslange gevangenisstraf het alternatief is voor hem, maar dat heeft een veel slechter regime. Levenslang gestraften delen slaapzalen met stapelbedden zonder ramen en met 40 man moeten ze 2 douches delen. Bovendien kan in Florida de temperatuur in die ruimte oplopen tot 35, 40 graden.“

Het interview gaat nog verder. Lees meer op WEBSITE ZENPEACEMAKERS