Leven (s) werk
Door Jan Veenendaal
Leven is het werk. Waarom zouden we het werk noemen? Wat is werk in de betekenis zoals we het meestal gebruiken, überhaupt? Waarom vinden we werk zo belangrijk? Waarom laten we ons beperken door werk? Waarom maken we een onderscheid tussen vrije tijd en werk tijd.
Uitgaande van een gemiddelde werkweek van 38 uur hebben we 130 uur per week vrij; bij een 8-urige werkdag zijn dat ruim 16 dagen dat we vrij zijn. Per maand hebben we ruim 563 uur vrij en werken we ruim 164 uur. Per jaar is dat 1976 en 6760 uur. Wanneer we achter elkaar door zouden kunnen werken, werken we 82 dagen van 24 uur en hebben we 283 dagen vrij! Wat een ruimte, wat een vrijheid.
En die vrijheid is nog veel groter door niet meer te denken in vrije tijd en werktijd. Een van de punten van het Edele Achtvoudige Pad gaat over Juist Levensonderhoud. Vaak wordt dat zo geïnterpreteerd dat je geen werk moet doen waarmee je anderen of de aarde schaadt. Terecht. Maar het begint bij jezelf. Heb je je wel eens afgevraagd of je wel gelukkig bent met het werk dat je doet, van het werk dat je doet? Als dat niet zo is, besef je dan wel wat voor impact dat op jezelf en op de mensen om je heen heeft?
Ga je vrolijk naar je werk of ga je er met tegenzin naar toe? Kom je moe en afgepeigerd terug van je werk of heeft je werk je juist energie gegeven? Kom je stralend terug van je werk omdat je lekker gewerkt hebt, iets hebt kunnen bijdragen aan het geluk van de mensen met wie je werkt of aan de kracht of groei van de organisatie of het bedrijf waar je voor werkt?
Als het werk dat je doet je niet gelukkig maakt of je heel veel energie kost, waarom stop je er dan niet mee? Zou je eigenlijk willen stoppen? Maar heb je je zo vast gelegd door een hypotheek, je levensstijl of je relatie of wat dan ook, dat je niet kunt stoppen? Of denk je zelfs dat je onmisbaar bent, en de boel vastloopt als jij er niet bent? Als dat zo is dan kost je werk je ongetwijfeld ongelofelijk veel stress en energie, wat weer ontzettend schadelijk is voor jouw gezondheid en van de gezondheid van de mensen om je heen. Stress is een van de belangrijkste oorzaken van kanker en van vele andere ziekten.
In het prachtige boek ‘Zen battles’ van Thich Nhat Hanh (Thây) laat hij de negende eeuwse chinese Master Linji aan het woord, die zegt:
"As I see it there isn’t so much to do,
put on your clothes,
drink your tea,
and pass the time doing nothing.”
De Dalai Lama zegt:
“Wat me het meest verbaasd bij de westerse mens is
dat hij zijn gezondheid opoffert om veel geld te verdienen.
Vervolgens offert hij het geld weer op
om zijn gezondheid te herstellen.
En dan is hij weer zo bezorgd over de toekomst,
dat hij niet geniet van het heden,
maar ook niet in de toekomst leeft.
Hij leeft alsof hij nooit zou sterven en
sterft alsof hij nooit geleefd heeft.”
Toen ik op mijn 26e voor het eerst écht ging werken en het verlieslatende bedrijf van mijn zieke vader overnam (zoals dat in die tijd ging, de ene zoon gaat studeren, de andere in het bedrijf) was mijn drijfveer mijn vader en de hele familie laten zien dat ik ook iets kon, wat door mijn slechte schoolervaringen nooit gelukt was. Binnen het jaar was het bedrijf winstgevend en jaar op jaar verdubbelde de omzet en werd er erg veel geld verdiend. Werkweken van 60 uur waren eerder gewoon dan uitzondering. Van het ‘Juiste Levensonderhoud’ had ik nooit gehoord. Mijn werk ging ten koste van mijn gezin en mijn gezondheid. Ik kreeg een burn-out.
Naast dat werk was ik altijd als vrijwilliger actief, bijna altijd in bestuurlijke functies als voorzitter. Ook dat gaf geen vervulling meer. Door de inzichten uit het boeddhisme, die met name Thich Nhat Hanh mij aanreikte, ben ik gaan luisteren naar mijn hart en wilde ik op een gelijkwaardige manier aan de slag met en voor mensen die het nodig hebben. Dat is voor mij nu met (ex)gedetineerden en mannen die in een tbs-kliniek zijn opgenomen. Iedere week ga ik bij een paar mensen in de gevangenis en kliniek op bezoek of bel met ze. Ook help ik bij bezinningsbijeenkomsten de geestelijk verzorger.
Het samenzijn met deze mensen geeft me vreugde, inzicht, energie, kracht en het vervult me met dankbaarheid. Als ik weer buiten sta voel ik me vervuld, blij en bovenal verbonden met hen en met alles wat er is. Het gedicht ‘Noem me bij mijn ware namen’ van Thây geeft me de inspiratie dit te doen. Er voor de ander zijn met altijd in mijn hoofd het zinnetje “zij zijn mij, ik ben hen”. Want zo is het, het lijntje tussen de meeste mensen die daarbinnen zitten en wij hier buiten, is meer heel dun.
Als we dat beseffen kunnen we op een andere manier naar onze medemensen kijken, oordelen we minder, kunnen we onze vooroordelen loslaten. Ook zij willen heel graag gelukkig zijn en voor hun partner en eventuele kinderen zorgen maar hebben net een stap verkeerd gezet. Bij hen waren er net iets andere oorzaken en omstandigheden dan bij ons die ervoor zorgden dat ze die verkeerde stap zetten waardoor ze nu binnen zitten.
Wat ik doe heet vrijwilligerswerk, en daar is het woord werk weer. Wat werk heet is voor mij geen werk, het is voor mij iets doen vanuit mijn hart. Met heel mijn hart in contact zijn met anderen, wie het ook zijn, in welke omstandigheden zij ook verkeren. Dat ik dat nog kan doen, nog mag doen, vervult me met dankbaarheid.
Laten we in dankbaarheid leven. Diepe dankbaarheid is het ‘middel’. De essentie dat we het gelukkigst zijn wanneer we dankbaar zijn en niet andersom is een diepgaande oefening. Laat dankbaarheid in ons groeien als een bloem, laten we dankbaar zijn voor alles wat er is, en zeker ook voor de kleinste dingen.
Echte dankbaarheid is een diepgaande oefening die ik helemaal begon te beseffen toen ik in 2016 de dharmanaam ‘True Ripening Gratitude’ ontving bij mijn toetreden tot de Orde van Interzijn. Wat heb ik ermee geworsteld! Ripening … wat moest er nog gerijpt worden? Mijn lineagenaam ‘Courage Abundance of the Heart’ vond ik destijds vele malen mooier en echt bij me passen. Gelukkig draag ik ze nu beiden in mijn hart en ze zijn een grote rijkdom voor me.
Tegen iemand die al jaren in een tbs-kliniek zit en er waarschijnlijk nog lang in zal blijven vertelde ik recent dat ik ongeneeslijk ziek ben. Zijn reactie was: “als ik iets voor je kan doen, laat het me dan weten.” De week erna zong hij met zijn diepe basstem een prachtig lied door de telefoon voor me. Met tranen in mijn ogen zat ik te luisteren. Dit te mogen ervaren is voor mij Leven!