Pittige cocktail
Als ik me goed voel, zoek ik met plezier contact. Dan bel ik mensen graag op en reik ik gemakkelijk uit naar anderen. Dan gaat verbinding semi-moeiteloos. Maar als ik me slecht voel, is mijn eerste reactie meestal om het voor mezelf te houden. Ik merk dat ik me dan afsluit van anderen, dat ik stiller word, en minder opensta voor contact. Als ik het moeilijk heb, kruip ik in mijn cocon en wil ik liefst wachten tot de bui over is alvorens ik me weer laat zien.
Zo had ik een tijdje geleden enkele zeer donkere dagen. Ik ervaarde een pittige cocktail van eenzaamheid, verdriet, boosheid en gemis. Ik werd geraakt in mijn diepste pijnen en wist even geen blijf met mezelf. Mijn innerlijk kind was erg overstuur en ik kreeg haar maar niet getroost. De vriendinnen die ik probeerde te bellen, waren toen net niet bereikbaar.
Mijn ervaring delen met iemand van de community waar ik leef, vond ik een grote stap. Ik woon hier nog niet zo lang en moet nog een beetje wennen aan al die nieuwe mensen. Ik was vooral bang dat mijn pijn niet welkom zou zijn, of dat over mij geoordeeld zou worden als zwak of emotioneel. Mezelf verstoppen was gemakkelijker dan iemand in vertrouwen nemen. Dus bleef ik er maar alleen mee zitten.
Zonder masker
Uiteindelijk kwam het moment van onze wekelijkse sharing: een cirkel waarin we om de beurt delen hoe het met ons gaat. Een oefening in mindful spreken en luisteren. Om zonder oordeel of reactie te luisteren naar wat een ander deelt. En om te delen vanuit het hart, over wat er in het moment aanwezig is.
We zaten buiten op het gras in de warme lentezon. De manier waarop de anderen naar me luisterden, vond ik heel helend. Mijn pijn was welkom. Ze liepen er niet van weg, ze probeerden het niet op te lossen, ze luisterden alleen maar. Dat alleen al verlichtte de pijn een beetje. Gedeelde smart is halve smart. De pijn was niet helemaal weg, maar werd wel een pak draaglijker door het te delen.
Het feit dat ze niet oordeelden over mijn verdriet, deed enorm veel deugd. Het buigt de diepgewortelde overtuiging om dat mijn verdriet niet welkom is, of dat mensen mij erdoor zullen afwijzen. Mogen wenen in bijzijn van anderen kan heel bevrijdend zijn. Niet alleen laat ik mezelf zo zien (spannend!), maar ik heb dan ook de kans om me gesteund en omringd te voelen.
Lofzang
Wanneer anderen me in mijn kwetsbaarheid kunnen ontvangen, krijgt mijn systeem de boodschap dat ik er mag zijn, zoals ik ben. Wat een cadeau!
Daarom bezing ik graag de lof van een community: omdat we er zo werkelijk voor elkaar kunnen zijn. We hoeven ons niet anders voor te doen. We hoeven onze pijn niet voor elkaar te verstoppen. We mogen zowel onze vreugde als ons verdriet met elkaar delen. De maskers mogen af en onze kwetsbaarheid is welkom. Het is een oefenterrein om onszelf te durven tonen, eerlijk en authentiek. En om een ander te ontvangen precies zoals die is.
Mijn favoriete citaat van Thay – en het is moeilijk kiezen uit al zijn prachtige woorden – is dit:
It is possible that the next Buddha
will not take the form of an individual.
The next Buddha may take the form of a community,
a community practicing understanding and loving-kindness.